Géén elementen die een asielverzoek kunnen staven zijn:
- afschriften van dreigbrieven waarover de asielzoekende derdelander heeft verklaard dat zijn vader die niet heeft bewaard [ABRS, 15 januari 2013, 201108235/1/V1 (geen expliciete verwijzing naar artikel 4, eerste lid Richtlijn 2004/83)]
- werkpasjes waarover de asielzoekende derdelander bevreemdingwekkend zou hebben verklaard en een 'letter of reference' waarover de asielzoekende derdelander tegenstrijdig zou hebben verklaard [ABRS, 5 april 2013, 201108811/1/V1]
- een simkaart omdat uit de nummers daarop niet kan worden afgeleid of de gestelde telefoongesprekken zijn gevoerd [ABRS, 2 mei 2013, 201210329/1/V1]
De in artikel 4, eerste lid van Richtlijn 2004/83 bedoelde samenwerkingsplicht brengt niet met zich mee dat elementen die een asielverzoek niet kunnen staven moeten worden onderzocht.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten