Die asielzoekende derdelander heeft geen rechtmatig verblijf en zelfs geen vertrektermijn. Aan de RVA 2005 kan die asielzoekende derdelander geen rechten ontlenen. Aan de herziene Opvangrichtlijn en de Procedurerichtlijn kan die asielzoekende derdelander [IMHO] echter wel een recht op opvang ontlenen.
Artikel 46, achtste lid van de herziene Procedurerichtlijn luidt als volgt:
Member States shall allow the applicant to remain in the territory pending the outcome of the procedure to rule whether or not the applicant may remain on the territory, laid down in paragraphs 6 and 7.Die bepaling is geïmplementeerd in artikel 7.3 van het Vreemdelingenbesluit 2000.
Artikel 3 van de herziene Opvangrichtlijn luidt als volgt:
This Directive shall apply to all third-country nationals and stateless persons who make an application for international protection on the territory, including at the border, in the territorial waters or in the transit zones of a Member State, as long as they are allowed to remain on the territory as applicants, as well as to family members, if they are covered by such application for international protection according to national law.Die bepaling behoeft volgens de wetgever geen implementatie omdat de bepaling de werkingssfeer van de Opvangrichtlijn bepaalt. [34088 nr 3 Memorie van toelichting, 5. Implementatietabellen]
Gelet op de gebruikte [onderstreepte] bewoordingen moet er [alweer IMHO] van worden uitgegaan dat asielzoekende derdelanders die de uitspraak op een verzoek om een voorlopige voorziening af mogen wachten vallen onder de werking van de Opvangrichtlijn en daarom recht hebben op opvang.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten