zondag 10 augustus 2014

EU HvJ, 17 juli 2014, Bero en Bouzalmate, en Pham; artikel 16 Terugkeerrichtlijn

Op 17 juli 2014 heeft het EU Hof van Justitie in drie zaken uitleg gegeven aan artikel 16, eerste lid van de Terugkeerrichtlijn [EU HvJ, Bero & Bouzalmate t Duitsland, 17 juli 2014, C-473/13 & C-514/13; EU HvJ, Pham t Duitsland, 17 juli 2014, C-474/13].

Artikel 16, eerste lid van de Terugkeerrichtlijn luidt als volgt:
Voor bewaring wordt in de regel gebruikgemaakt van speciale inrichtingen voor bewaring. Indien een lidstaat de onderdanen van een derde land die in bewaring worden gehouden, niet kan onderbrengen in een gespecialiseerde inrichting voor bewaring en gebruik dient te maken van een gevangenis, worden zij gescheiden gehouden van de gewone gevangenen. 

Bero & Bouzalmate
In de zaken Bero & Bouzalmate werd aan het EU Hof van Justitie de vraag voorgelegd - in mijn woorden - of voor de bewaring met het oog op verwijdering van van illegaal in een lidstaat verblijvende derdelanders gebruik kan worden gemaakt van een gevangenis indien in een Duitse deelstaat geen gespecialiseerde inrichting voor bewaring aanwezig is.  

Het EU Hof van Justitie beantwoordt die vraag ontkennend. 

Regel is volgens het EU Hof va Justitie dat voor bewaring met het oog op verwijdering van illegaal in een lidstaat verblijvende derdelanders  gebruik wordt gemaakt van speciale inrichtingen voor bewaring. Een afwijking van de regel moet strikt worden uitgelegd. [ro 25; EU HvJ, Kamberaj t ItaliĆ«, 24 april 2012, C-571/10, ro 86 (directe verwijzing); EG HvJ, Chakroun t Nederland, 4 maart 2010, C-578/08, ro 43 (indirecte verwijzing)] 


Indien in een deelstaat geen gespecialiseerde inrichting voor bewaring aanwezig is dan zal gebruik moeten worden gemaakt van een gespecialiseerde inrichting voor bewaring in aan andere lidstaat.

Pham
In de zaak Pham werd aan het EU Hof van Justitie de vraag voorgelegd - in mijn woorden - of de bewaring met het oog op verwijdering van een illegaal in de lidstaat verblijvende derdelander gebruik kan worden gemaakt van een gevangenis indien die derdelander daarmee instemt.

Het EU Hof van Justitie beantwoordt ook die vraag ontkennend. 

Volgens het EU Hof van Justitie verplicht artikel 16, eerste lid van de Terugkeerrichtlijn tot het gescheiden houden van  illegaal verblijvende derdelanders en gewone gevangenen wanneer die derdelanders niet kunnen worden ondergebracht in een gespecialiseerde inrichting voor bewaring. 

Omdat die verplichting een garantie vormt voor de eerbiediging van aan derdelanders toegekende rechten is er geen uitzondering op mogelijk. De verplichting is volgens het EU Hof van Justitie meer dat een specifieke wijze van uitvoering van bewaring van derdelanders in gevangenissen en vormt een inhoudelijke voorwaarde voor de onderbrenging zonder welke de onderbrenging niet in overeenstemming is met de Terugkeerrichtlijn.

ABRS, 1 maart 2012, 201110969
Uit een uitspraak van de Afdeling Bestuursrechtspraak Raad van State [hierna: Afdeling] van 1 maart 2012 volgt dat in gespecialiseerde inrichtingen voor bewaring de bewaring van een derdelander soms kort wordt onderbroken voor de tenuitvoerlegging van een straf of een vervangende hechtenis. 

De onderbreking van de bewaring doet volgens de Afdeling  geen afbreuk aan het karakter van het detentiecentrum [ic Zaandam] als speciale inrichting in de zin van artikel 16, eerste lid, van de Terugkeerrichtlijn.

Uit de arresten van het EU Hof van Justitie van 17 juli 2014 - in het bijzonder uit het arrest in de zaak Pham - kan worden opgemaakt dat de onderbreking in een gespecialiseerde inrichting voor bewaring van de bewaring van een derdelander voor de tenuitvoerlegging van een straf of een vervangende hechtenis niet in overeenstemming is met artikel 16, eerste lid van de Terugkeerrichtlijn omdat als gevolg daarvan  illegaal verblijvende derdelanders niet gescheiden worden gehouden van gewone gevangenen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten