In een uitspraak van de Afdeling Bestuursrechtspraak Raad van State [hierna: Afdeling] van 19 november 2008 [ABRS, 19 november 2008, 200708517/1] overweegt de Afdeling met een verwijzing naar uitspraken van 16 februari 2004 en 19 mei 2006 [ABRS, 16 februari 2004, 200308695/1, JV 2002/225; ABRS, 19 mei 2006, 200601178/1, NAV 2006/26)] dat een door een gemachtigde van een asielzoekende vreemdeling per fax ingediend asielaanvraagformulier de 48-uurstermijn van de AC-procedure doet aanvangen. Dat zo'n faxaanvraag niet op de wettelijk voorgeschreven wijze is ingediend brengt volgens de Afdeling niet mee dat er van een aanvraag in de zin van artikel 1.3 lid 3 Awb geen sprake is.
In de uitspraak van 19 mei 2006 overweegt de Afdeling met een verwijzing naar artikel 36 aanhef en onder a Vw, 37 aanhef en onder a Vw, artikel 3.108 lid 1 Vb en een uitspraak van 6 september 2005 [ABRS, 6 september 2005, 200503610/1, JV 2005/404], dat de vereiste dat de aanvraag wordt ingediend door de vreemdeling of zijn wettelijk vertegenwoordiger moet worden begrepen als vereiste dat ziet op de wijze van indiening; onder aanvraag in de zin van artikel 36 aanhef en onder a Vw moet het formulier in de zin van artikel 3.108 lid 1 Vb worden verstaan.
Dat laatste is raar omdat een aanvraag in de zin van artikel 1.3 lid 3 Awb een vormvrije aanvraag is en artikel 3.108 lid 1 Vb een nadere regeling is van artikel 37 aanhef en onder a Vw en niet van artikel 36 aanhef en onder a Vw. Net als de indiening in persoon en op een bepaalde plaats ziet ook de indiening per formulier op de wijze van indiening van een aanvraag.
De asielaanvraag in de zaak waarover de Afdeling op 19 november 2008 oordeelde dateert van voor de in de overgangsbepaling van artikel 44 PRi [Richtlijn 2005/85/EG van de Raad van 1 december 2005] genoemde datum van 1 december 2007. Op asielaanvragen ingediend na 1 december 2007 is de Procedurerichtlijn van toepassing, op de Procedurerichtlijn kan een beroep worden gedaan vanaf het verstrijken van de implementatietermijn.
Imho staat de wijze van indiening van een asielaanvraag per formulier die hier te lande nog steeds lijkt te zijn voorgeschreven op gespannen voet met de Procedurerichtlijn gelet op artikel 6 lid 1 PRi dat bepaalt dat lidstaten kunnen voorschrijven dat asielverzoeken persoonlijk en/of op een aangewezen plaats moeten worden ingediend. Artikel 6 lid 1 PRi biedt alweer imho geen grondslag voor het voorschrijven van het indienen van een asielverzoek per formulier. Zie ook hier.
Lijkt te zijn voorgeschreven omdat in de transponeringstabel bij de Memorie van Toelichting op de implementatiewetgeving [30976, nr. 3] artikel 6 lid 1 PRi is geïmplementeerd in artikel 36 Vw en artikel 3.108 Vb of artikel 3.42 Vv. Artikel 3.108 [lid 2] Vb in samenhang met artikel 3.42 Vv bepaalt dat een asielaanvraag in persoon op een aangewezen plaats wordt ingediend. Artikel 6 lid 1 PRi lijkt niet te zijn geïmplementeerd in artikel 3.108 [lid 1] Vb in samenhang met artikel 3.38 Vv waarin een indiening van een asielaanvraag per formulier wordt voorgeschreven.
Indien een asielverzoek in de zin van de Procedurerichtlijn een aanvraag is in de zin van artikel 1.3 lid 3 Awb dan begint met de indiening van dat vormloze asielverzoek de 48-uurstermijn te lopen ook al is dat verzoek niet in persoon en/of op een aangewezen plaats ingediend.
De tijd zal het leren.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten