Artikel 35 lid 1 van de Procedurerichtlijn [hierna: PRi] bepaalt dat procedures kunnen worden ingevoerd om aan de grens of in transitzones een beslissing te nemen over aldaar ingediende asielverzoeken. Artikel 35 lid 2 PRi bepaalt dat bij het ontbreken van dergelijke grensprocedures specifieke grensprocedures zoals die golden op 1 december 2005 kunnen worden gehandhaafd. Artikel 35 lid 4 PRi bepaalt dat een asielzoekende vreemdeling toegang moet worden verleend wanneer in [ook niet] specifieke [update 090727] grensprocedures niet binnen 4 weken een beslissing genomen is.
Artikel 35 lid 1 PRi is geïmplementeerd in bepalingen die ten grondslag liggen aan de AC-procedure [artikel 69 Vw & artikel 82 Vw]. Dat is raar omdat de AC-procedure aan de grens al bestond op 1 december 2005 en niet na die datum is ingevoerd. De overige leden van artikel 35 PRi zijn niet [kenbaar] geïmplementeerd.
Hier te lande aan de grens of in de transitruimte ingediende asielverzoeken worden aan de grens echter niet alleen AC afgedaan maar ook GOC [paragraaf C12/2.2.1 Vc]. Gelet op de omstandigheid dat er gedurende de GOC-procedure sprake is van toegangsweigering en grensdetentie moet er van worden uitgegaan dat die GOC-procedure kan worden gekwalificeerd als grensprocedure. Artikel 35 PRi is echter niet kenbaar geïmplementeerd in bepalingen die aan de GOC-procedure ten grondslag liggen.
Nu de GOC-procedure niet is ingevoerd na 1 december 2005 maar op die datum al bestond zou de GOC-procedure kunnen worden aangemerkt als een gebrekkig geïmplementeerde specifieke grensprocedure in de zin van artikel 35 lid 2 PRi. De implementatie is gebrekkig omdat die niet kenbaar is, deels heeft plaatsgevonden in beleidsregels [paragraaf C12/2.2.1 Vc] en niet in algemeen verbindende voorschriften en onvolledig omdat toegangsverlening bij het uitblijven van een beslissing binnen vier weken niet is geregeld [artikjel 35 lid 4 PRi].
Werk aan de winkel.
Met dank aan mr Z. overigens.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten