donderdag 10 oktober 2013

EU Hof van Justitie, Alokpa t Luxemburg, 10 oktober 2013, C-86/12

Op 10 oktober 2013 heeft het EU Hof van Justitie arrest gewezen in de zaak Alokpa t Luxemburg [EU HvJ, 10 oktober 2013, C-86/12].  

Alokpa is een derdelander die in een opvanghuis in Luxemburg woont met haar in dat land geboren en getogen unieburgertjes van Franse nationaliteit. Alokpa meent aan het Unierecht een verblijfsrecht in Luxemburg bij haar Franse unieburgertjes te kunnen ontlenen.

Het Hof overweegt met een verwijzing naar Zhu & Chen - een vergelijkbare situatie volgens het Hof - dat de Unieburgerrichtlijn geen eisen stelt met betrekking tot de herkomst van voor een verblijfsrecht vereiste bestaansmiddelen en dat die bestaansmiddelen door de derdelander - ouder van de unieburgers -ter beschikking kunnen zijn gesteld.

In zijn conclusie van 21 maart 2013 heeft AG Mengozzi heeft met betrekking tot die bestaansmiddelen overwogen dat daartoe ook gerekend zouden kunnen worden toekomstige of potentiële inkomsten uit arbeid door de derdelander - ouder van unieburgertjes.

Het Hof lijkt niet zo ver te willen gaan. Het zwijgt over toekomstige of potentiële inkomsten uit arbeid van een derdelander - ouder van unieburgertjes.

Het is volgens het Hof de verwijzende rechter die moet beoordelen of er sprake is van bestaansmiddelen (en een ziektenkostenverzekering) op grond waarvan de Franse unieburgertjes van Alokpa in Luxemburg een verblijfsrecht kunnen ontlenen aan de Unieburgerrichtlijn en Alokpa een verblijfsrecht bij haar unieburgertjes aldaar op grond van artikel 21 VWEU.

Indien Alokpa aan artikel 21 VWEU geen verblijfsrecht kan ontlenen dient - zo vervolgt het Hof - de verwijzende rechter te beoordelen of er een 'Zambrano' situatie ontstaat indien Alokpa en haar kinderen het grondgebied van Luxemburg moeten verlaten. Het Hof loopt op die beoordeling vooruit door te overwegen dat dat niet het geval is.

Met een verwijzing naar de conclusie van AG Mengozzi overweegt het Hof dat Alokpa als moeder van haar Franse unieburgertjes en als persoon die sedert hun geboorte daadwerkelijk alléén voor hen zorgt een afgeleid recht heeft om die unieburgertjes te begeleiden en met hen op het grondgebied van Frankrijk te verblijven.

Het  is niet helemaal duidelijk of het Hof dat recht van de unieburgertjes van Alokpa op 'terugkeer' naar Frankrijk net als AG Mengozzi baseert op artikel 21 VWEU. De verwijzing naar het afgeleide recht van Alokpa om bij haar unieburgertjes in de lidstaat van herkomst te blijven zou er wel op kunnen wijzen.

Zo zijn we toch weer een stap verder gekomen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten