De Afdeling Bestuursrechtspraak Raad van State [hierna: Afdeling] is [weer eens] om. In uitspraken van 7 november 2008 [ABRS, 7 november 2008, 200806195/1; ABRS 7 november 2008, 200807630/1] wijkt de Afdeling af van de op 16 mei 2008 ingezette lijn [ABRS, 16 mei 2008, 200801811/1; ABRS, 3 juni 2008, 200802895/1; ABRS, 1 juli 2008, 200803929/1, LJN BD6657] dat voortvarendheid geen wettelijk vereiste is en dat bij het ontbreken daarvan daarom een belangenafweging dient plaats te vinden.
In de uitspraken van 7 november 2008 overweegt de Afdeling met een verwijzing naar de arresten Chahal t. VK [EHRM, 15 november 1996, 22414/93 , ro 113], Saadi t. VK [EHRM, 29 januari 2008, 13229/03, JV 2008/102, ro 72] en Sadaykov t. Bulgarije [EHRM, 22 mei 2008, 75157/01, JV 2008/265] van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens dat indien voortvarendheid ontbreekt voor een belangenafweging geen plaats is.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten