dinsdag 16 februari 2010

ABRS, 4 feb 2010, 201000405/2/V3 & 201000164/2/V1 & 201000166/2/V1

Tussen de uitspraken van de vreemdelingenkamer van de Afdeling Bestuursrechtspraak Raad van State [hierna Afdeling] gepubliceerd op 15 februari 2010 zitten er aantal waarbij het verzoek om een voorlopige voorziening ingesteld door de Staatssecretaris van Justitie is AFGEWEZEN vanwege het ontbreken van een spoedeisend belang. Het gaat om zaken waarin een verblijfsvergunning is ingetrokken. De Afdeling overweegt:

Het besluit van (...), waarbij de verblijfsvergunning (...) is ingetrokken, is geen op een aanvraag van de vreemdeling genomen besluit. De enkele vernietiging van dat besluit door de rechtbank brengt niet met zich dat op de staatssecretaris de verplichting rust om een nieuw besluit te nemen. Dat de uitspraak van de rechtbank niettemin strekt tot het nemen van een nieuw besluit, levert geen spoedeisend belang op, als bedoeld in artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht, nu de rechtbank daartoe geen termijn heeft gesteld en bij gebreke van het voldoen aan deze opdracht geen dwangsom kan worden verbeurd.
[ABRS, 4 februari 2010, 201000405/2/V3; ABRS, 4 februari 2010, 201000164/2/V1; ABRS, 4 februari 2010, 201000166/2/V1]

De Afdeling lijkt een soort van om te zijn want heeft het vorig jaar in op het eerste gezicht vergelijkbare intrekkingszaken voorlopige voorzieningen van de Staatssecretaris van Justitie toegewezen [ABRS, 11 maart 2009, 200901415/2/V1; ABRS,1 april 2009, 200901971/2/V3; ABRS, 17 december 2009, 200909294/2/V2; ABRS, 17 december 2009, 200909295/2/V2].

OT: Vandaag bestaat dit blog 2 jaar.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten