Uit rechtspraak van de Afdeling Bestuursrechtspraak Raad van State [hierna: Afdeling] volgt dat een asielzoekende vreemdeling die een beroep doet op artikel 15c DRi een binnenlands gewapend conflict [woedende ten tijde van de beslissing op de aanvraag] aannemelijk moet maken indien hij een eerste asielaanvraag indient [ABRS, 29 februari 2008, 200800064/1; ABRS, 20 augustus 2008, 200708962/1; ABRS, 5 september 2008, 200804650/1; ABRS, 5 september 2008, 200803666/1] en dat hij zo'n conflict moet aantonen indien hij een herhaalde novaloze asielaanvraag indient [ABRS, 29 februari 2008, 200703963/1; ABRS, 3 april 2008, 200701108; ABRS, 16 mei 2008, 200702830/1; ABRS 4 juni 2008, 200800966/1; ABRS, 3 september 2008, 200706912/1; ABRS, 15 september 2008, 200802482/1; ABRS, 19 september 2008, 200706934/1].
Uit de rechtspraak van de Afdeling kan voorts worden opgemaakt dat het aannemelijk maken en aantonen van een binnenlands gewapend conflict voor verbetering vatbaar is. Onderbouwing ontbreekt, is gedateerd of heeft betrekking op mensenrechtenschendingen in plaats van op [aanhoudende en samenhangende (zie noot Maarten den Heijer bij ABRS, 20 juli 2007, 200608939/1, JV 2007/442)] militaire operaties.
Een gewaarschuwd Zuster van Liefde telt voor twee.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten